Vuurwerk in rechtszaken

Moontan

Moderator
Medewerker
Mocht je ooit nog eens aansprakelijk worden gesteld voor letselschade jegens derden in verband met een ongeval met vuurwerk welke door jouw toedoen wordt veroorzaakt en je meent dat je niet verwijtbaar hebt gehandeld dan is misschien de volgende uitspraak (jurisprudentie) van het Hof in ,s Hertogenbosch (20-02-2007) van belang.


Een deel van de tekst van de uitspraak:

LJN: AZ9784, Gerechtshof 's-Hertogenbosch , C0500890


Datum uitspraak: 20-02-2007
Datum publicatie: 05-03-2007
Rechtsgebied: Handelszaak
Soort procedure: Hoger beroep

Inhoudsindicatie: Het gaat in dit hoger beroep om het volgende. Op datum 1 heeft geïntimeerde, een kennis van appellant, vuurwerk afgestoken, te weten een aantal vuurpijlen van ongeveer 20 cm lang. Geïntimeerde had deze geplaatst in een leeg bierflesje, een zogeheten pijpje, op de verharde oprit bij de in een woonwijk gelegen woning van geïntimeerde. Appellant was daarbij als toeschouwer aanwezig. Appellant bevond zich ten tijde van het aansteken van deze vuurpijlen op een afstand van ongeveer zeven meter van het bierflesje waarin de vuurpijlen werden afgestoken. Bij het afsteken van de laatste vuurpijl (hierna: de vuurpijl) is het bierflesje omgevallen en is het linker oog van appellant getroffen door de vuurpijl, waardoor hij ernstig letsel aan dat oog heeft opgelopen. [..] [appellant] heeft geïntimeerde gedagvaard en gevorderd dat de rechtbank voor recht verklaart dat geïntimeerde onrechtmatig jegens appellant heeft gehandeld en wordt veroordeeld tot vergoeding van de door appellant geleden en nog te lijden materiële en immateriële schade, nader op te maken bij staat en voorts dat geïntimeerde wordt veroordeeld om bij wijze van voorschot op deze schade aan appellant te betalen een bedrag van EUR 10.000,- dan wel een bedrag dat de rechtbank redelijk acht, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van datum 1, met veroordeling van geïntimeerde in de proceskosten, alles voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad.


De uitspraak en de volledige tekst is te lezen op de volgende pagina:
http://www.ridder-letselschade.nl/arrest0072.htm
 

GMP82

Zilveren Member
Let wel dat het een uitspraak betreft over een "oude zaak". Je kan nu niet meer opvoeren dat je als afsteker onwetend bent, omdat de voorlichting nu beter is dan destijds (al is het naar mijn mening nog steeds beneden peil).
 

Moontan

Moderator
Medewerker
GiveMePowder

Het betreft zeker een oude zaak.
De schadedatum is eind 1998, betekent dat ze maar liefst 9 jaar lang geprocedeerd hebben.
Uit jouw commentaar blijkt dat jij de complete tekst gelezen hebt :bigsmile:
Want jij hebt gelijk de kern van het probleem te pakken.

Voor het Hof van het kennelijk van zeer groot belang dat eind december 1998 bij de onderhavige vuurpijl niet de instructie was verstrekt dat deze in een verzwaarde fles moest worden geplaatst en dat [geïntimeerde] hiermee evenmin bekend was of behoorde te zijn op grond van publiekscampagnes. Voorts is van belang dat niet gebleken is dat [geïntimeerde] voor het overige meer risico's heeft genomen dan toentertijd redelijkerwijs aanvaardbaar werden geacht.

De voorlichting is heden ten dage beter dan 10 jaar geleden.
Maar wat ik zo belangrijk vind aan de uitspraak is dat als je je vuurpijl/vuurwerk afsteekt volgens de instructies en je verzwaart het vuurwerk en je neemt geen risico,s je ook niet aansprakelijk kan worden gesteld als het vuurwerk omvalt en daardoor mogelijk ongevallen veroorzaakt.
 

GMP82

Zilveren Member
Heb de tekst min of meer geheel doorgeworsteld ja (wat een taalgebruik, pfff, waarom dat altijd zo lastig moet...).

Het is een geruststellende gedachte dat je - als je je aan de regels/voorschriften houdt, je niet strafbaar gesteld kan worden. Maar houd er rekening meer dat - ondanks dat het niet uit zou moeten maken - je hoe dan ook afhankelijk bent van WIE de zaak behandelt.

Hoe zaken in het verleden zijn beoordeeld geven daarom geen 100% garantie.
 

Moontan

Moderator
Medewerker
LJN BR2251, Rechtbank Haarlem, 15/995144-08
Datum uitspraak: 20-07-2011
Datum publicatie: 20-07-2011
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig
Zaaknummers: 15/995144-08

Inhoudsindicatie:
Verdachte is in november 2008 in de nachtelijke uren, samen met twee medeverdachten, naar de woning van een bejaard echtpaar gegaan en heeft daar een lawinepijl, zijnde illegaal vuurwerk, aangestoken en door de brievenbus van deze woning gegooid, waardoor deze lawinepijl in de gang van de woning is terechtgekomen en daar is geëxplodeerd. Nadien is hij samen met zijn medeverdachten terug gegaan naar diezelfde woning en heeft medeverdachte 2 een steen naar de woning gegooid, aan welke openlijke geweldpleging verdachte heeft deelgenomen. Verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 71 dagen en tot het verrichten van 240 uren taakstraf in de vorm van een werkstraf.

bron: jure.nl
 

KoenL

Registered User
71 dagen cel en 240 uur werkstraf??? Pfff, schandalig. Hoe gestoord ben je als je dat doet met vuurwerk, en dan ook nog eens bij een bejaard echtpaar. Later nog terug gaan om een steen naar binnen te gooien, laf hoor. Die hadden van mij meer dan 2 jaar de cel in gemogen.
 

heartworm

FPM Kalender Beheer
Medewerker
Koen, je weet toch nooit wat de omstandigheden zijn waarin zoiets gebeurt?
Als het willekeur is is 2 jaar inderdaad meer op z'n plek, maar ik kan ook wel verzachtende omstandigheden bedenken.
Verder heeft het eigenlijk niets met vuurwerk te maken... :sad:
 

KoenL

Registered User
Koen, je weet toch nooit wat de omstandigheden zijn waarin zoiets gebeurt?
Als het willekeur is is 2 jaar inderdaad meer op z'n plek, maar ik kan ook wel verzachtende omstandigheden bedenken.
Verder heeft het eigenlijk niets met vuurwerk te maken... :sad:

Bedoel je dat je die zelf kan bedenken, of dat die door onze regelgeving toegepast kunnen worden?

(1) vuurwerk (je hebt het zelfs niet over een rotje) (2) door een brievenbus (3) bij een bejaard echtpaar (4) naar binnen gooien + (5) een steen naar binnen gooien...je moet wel met een heel goed argument aankomen om dat te verzachten.
 

Moontan

Moderator
Medewerker
LJN BR3885, Rechtbank Assen, 19.997507-10
Datum uitspraak: 22-07-2011
Datum publicatie: 01-08-2011
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig
Zaaknummers: 19.997507-10
Inhoudsindicatie:
Binnen het grondgebied van Nederland brengen, voorhanden hebben en ter beschikking stellen van professioneel vuurwerk bestemd voor particulier gebruik. Maatregel van stillegging van onderneming.

Uitspraak

RECHTBANK ASSEN
Sector strafrecht

Parketnummer: 19.997507-10

Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 22 juli 2011 in de zaak van het openbaar ministerie tegen:

[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1946,
wonende te [woonplaats],
thans verblijvende in P.I. Ter Apel, gevestigd te Ter Apel.

Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgehad op 15 februari 2011, 19 april 2011 en 8 juli 2011.

De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. M.G. Doornbos, advocaat te Assen.

De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. W.H. Frank envan hetgeen van de zijde van de verdachte naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

De verdachte is bij ter terechtzitting gewijzigde dagvaarding tenlastegelegd, dat

1.
verdachte op een of meer tijdstippen in of omstreeks
de periode van 4 juli 2010 t/m 12 november 2010, althans op of omstreeks 12 november 2010,
in de gemeente [plaats], althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, en/of alleen,
al dan niet opzettelijk, meermalen, althans eenmaal, hoeveelheden, althans
een hoeveelheid, professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik,
te weten:
(o.a.)
(ongeveer) 15.000 kg, althans 15.000 stuks vuurwerk,
althans een (grote) hoeveelheid professioneel vuurwerk,
(vanaf/vanuit een opslagbunker van [bedrijf 1]), o.a.
bestaande uit (onder meer) een of meer partijen professioneel vuurwerk
afkomstig van [bedrijf 2] in Portugal, te weten 20.000 stuks,
althans een groot aantal, lawinepijlen (Signal Rockets 901),
en/of
afkomstig van [bedrijf 3] in Duitsland, teweten ongeveer 4.000 kg,
althans een (grote) hoeveelheid, als 1.3G en/of 1.4G geclassificeerd vuurwerk,
en/of
afkomstig van [bedrijf 4] in Polen, te weten een (grote) hoeveelheid als 1.3G en/of 1.4G geclassificeerd vuurwerk,
en/of een, op 12 november 2010 bij verdachte of bij verdachtes woon- of verblijfplaats aangetroffen, hoeveelheid professioneel vuurwerk
(welke -laatstgenoemde- hoeveelheid al dan niet geheel of gedeeltelijk deeluitmaakte van voornoemde partij(en)), bestaande uit (onder meer),
-knalvuurwerk met lont (lawinepijlen) type Signal Rocket 901 en/of
-Airburst knalvuurwerk met lont en/of
-Festival brocade Crown cakeboxen en/of
-Venti di Guerra cakeboxen en/of
-Pfeiffontane
binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of heeft opgeslagen
en/of voorhanden heeft gehad en /of aan een of meer anderen ter beschikking
heeft gesteld;


lees verder via de volgende link:
http://jure.nl/br3885
 

bridge

Bronzen Member
Het is best denkbaar dat er een achtergrond is. Stel dat het echtpaar het broertje van de daders stelselmatig sexueel heeft misbruikt in zijn jeugd, waardoor dit broertje thans in een gesticht zit impotent is en nooit meer normaal kan functioneren. Je weet nooit wat de achterghrond is als je geen dossierkennis hebt.
 

KoenL

Registered User
Het is best denkbaar dat er een achtergrond is. Stel dat het echtpaar het broertje van de daders stelselmatig sexueel heeft misbruikt in zijn jeugd, waardoor dit broertje thans in een gesticht zit impotent is en nooit meer normaal kan functioneren. Je weet nooit wat de achterghrond is als je geen dossierkennis hebt.

Komen dergelijke verzachtende omstandigheden niet naar buiten?
 

bridge

Bronzen Member
Komen dergelijke verzachtende omstandigheden niet naar buiten?


Dat hangt ervan af wat er exact uit de uitspraak gepubliceerd wordt. In dit topic staat slechts een hele summiere weergave van de uitkomst in die zaak. Het gaat er mij om dat het soms verrassend genuanceerd kan liggen
 

Moontan

Moderator
Medewerker
Vuurwerk en witwassen of heling?

Bron: Rechtbank Utrecht 30 juni 2011 (14 augustus 2011)


Een zeer grote hoeveelheid professioneel vuurwerk wordt bij verdachte in een schuur en garagebox aangetroffen en thuis treft de politie van het RMT een grote hoeveelheid geld en luxe goederen aan. Van de uitkering die de verdachte ontvangt kan dit niet betaald worden. Naast de gebruikelijke overtredingen van het Vuurwerkbesluit wordt hem ook witwassen van crimineel geld te laste gelegd (art. 420 bis Sr), maar de Rechtbank komt tot de conclusie dat het niet witwassen, maar heling is wat op de telastelegging staat (416 Sr). Daarvan kan hier geen sprake zijn, omdat verdachte zelf de luxe goederen en het geld die bij hem thuis zijn aangetroffen door de illegale vuurwerkhandel heeft verworven. Met andere woorden: hetgeen te laste is gelegd is niet strafbaar en dus volgt ontslag van alle rechtsvervolging van dit fiet. Voor de overige overtredingen krijgt de verdachte een gevangenisstraf van 12 maanden waarvan 5 maanden voorwaardelijk.

Verder overweegt de rechtbank ook nog dat verdachte het vuurwerk wel 'voorhanden had', ook al beschikten anderen ook over een sleutel van de garagebox, waarin (een deel van) het vuurwerk lag opgeslagen.

Tot slot: krap een half jaar na het vuurwerkseizoen in december 2010 staat de verdachte al voor de strafrechter! Zo snel kan het dus gaan. Vermoedelijk zat de verdachte nog in voorarrest, maar dat is niet uit het vonnis af te leiden.

http://www.handhavingsportaal.nl/nieuws/vuurwerk-en-witwassen-of-heling
 

Moontan

Moderator
Medewerker
Rechtbank Utrecht 13 april 2011, HA ZA 10-1760 (Eerste Nederlandse Kunstvuurwerkfabriek Firma J.N. Schuurmans c.s. tegen GBV Weco Vuurwerk B.V.)
De verschijningsvorm van dat woord

Merkenrecht. Vuurwerk Eiser Schuurmans stelt dat gedaagde met het gebruik van het teken Excellent inbreuk maakt op het beeldmerk Excellent van eiser. Vorderingen afgewezen. Weinig ongebruikelijk casus, in twee citaten:

4.5. Ter comparitie heeft Schuurmans verklaard dat zij geen bescherming inroept van het woord "excellent", maar van de verschijningsvorm van dat woord in het beeldmerk EXCELLENT, Ook indien Schuurmans dit standpunt niet zou hebben ingenomen, zou haar alleen bescherming van de vormgeving kunnen toekomen, nu het woord "excellent" een gewoon woord is in de Nederlandse taal, dat bovendien een eigenschap van de daaronder aangeboden waar, vuurwerk, beoogt te beschrijven. De omstandigheid dat dat merk - EXCELLENT daarmee deels een beschrijvend karakter heeft, betekent dat alleen de visuele elementen van het beeldmerk, waaronder de schrijfwijze van het woord, voor bescherming in aanmerking kunnen komen. Alleen in zoverre komt aan het beeldmerk onderscheidend vermogen toe. Het voorgaande betekent dat ook alleen die elementen van het merk en teken met elkaar dienen te worden vergeleken om te kunnen concluderen tot overeenstemming.

4.8, Ten aanzien van de toewijsbaarheid van de vorderingen op grond van artikel 2.20 li 1 sub b BVIE overweegt de rechtbank dat Schuurman heeft nagelaten een kleurenversie van haar beeldmerk aan de rechtbank over te leggen. Daardoor is de rechtbank niet in staat om te beoordelen of de kleuren van merk en teken met elkaar overeenstemmen. Echter, ook indien zou moeten worden aangenomen dat die kleuren inderdaad overeenstemmen, geldt dat de totaalindrukken van merk en teken te zeer van elkaar verschillen om te spreken van overeenstemming de zin van artikel 2.20 lid l sub b BVIE (…) .
 

Bijlagen

  • RB UT 13042011 Vuurwerk.pdf
    199,7 KB · Weergaven: 5

Vuurwerkhal.nl

Registered User
Of Schuurmans ook nog effe het vastrecht en de advocaatkosten van Weco á € 12.016.80 wil betalen.

Is er toch nog iemand wijzer van geworden.
Je kan beter advocaat worden dan vuurwerkverkoper/importeur.
 

Moontan

Moderator
Medewerker
LJN: BR6033, Rechtbank Utrecht , 16/600181-10; 16/600632-07 (tul) [P] Print uitspraak

Datum uitspraak: 12-11-2010
Datum publicatie: 26-08-2011
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig
Inhoudsindicatie: Met oud en nieuwjaar afsteken van illegaal vuurwerk (mortierbom) in het centrum van IJsselstein waarbij veel materiële schade is ontstaan.

2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
op 1 januari 2010 tezamen met een ander opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht, waarbij levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor anderen en gemeen gevaar voor goederen te duchten is geweest door op genoemde datum in IJsselstein een vuurwerkbom (een mortier) af te steken. Subsidiair is dit aan verdachte ten laste gelegd als het plegen van openlijk geweld.

3 De voorvragen
De rechtbank heeft geconstateerd dat de dagvaarding geldig is, de rechtbank bevoegd is, de officier van justitie ontvankelijk is en er geen reden is tot schorsing van de vervolging.

4 De beoordeling van het bewijs
4.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan en baseert zich daarbij op de bevindingen van de politie met betrekking tot het uitlezen van de beelden van de ter plaatse aanwezige beveiligingscamera, de aangiften van de benadeelden, de verklaringen van de getuigen, alsmede de bekennende verklaring van verdachte zelf.

4.2 Het standpunt van de verdediging
De verdediging is van mening dat de rechtbank niet tot een bewezenverklaring kan komen wegens het ontbreken van opzet, ook niet in voorwaardelijke vorm.
De verdediging heeft aangevoerd dat verdachte heeft toegegeven dat hij illegaal vuurwerk in België en Nederland heeft gekocht. Hij ging er van uit dat het enkel siervuurwerk betrof. Het betreffende stuk vuurwerk had verdachte voor het laatst bewaard. Verdachte heeft aangegeven dat hij, wanneer hij had geweten dat dit stuk vuurwerk een zogeheten mortierbom was en een dergelijk harde klap zou geven, hij dit vuurwerk nooit op de betreffende plaats zou hebben afgestoken.
Uit de verklaringen van verdachte blijkt dat hij zich op geen enkel moment bewust is geweest van het feit dat hij tijdens het afsteken van “de bom” met een mortierbom van doen had die een enorme schade zou kunnen aanrichten. Het is nooit de bedoeling van verdachte geweest om schade te veroorzaken, hij wilde enkel de personen in de omgeving mee laten genieten van het, naar zijn verwachting, mooie siervuurwerk.
Ook van opzet in voorwaardelijke zin kan niet gesproken worden. Verdachte heeft bij het aanschaffen van het betreffende stuk vuurwerk aan de verkoper gevraagd om wat voor vuurwerk het ging. Hem is uitdrukkelijk bevestigd dat het om een zogeheten “pot” ging waaruit een zogenoemd “boeket” zou komen. Uit de verklaringen van verdachte blijkt ook dat hij van dergelijk siervuurwerk is uitgegaan. Nu verdachte, zoals hij zelf heeft verklaard, vaker illegaal vuurwerk heeft afgestoken, wat altijd goed is gegaan en ook altijd leuk was, heeft verdachte op zijn eigen ervaringen met (illegaal) vuurwerk vertrouwd.
Verdachte heeft niet voorzien wat de gevolgen van het afsteken van de mortierbom zouden kunnen zijn, hetgeen blijkt uit het feit dat hij pas is weggerend nadat hij de lont van de mortier had aangestoken en toen een grote rode vlam zag. Pas toen drong het tot hem door dat het “foute boel was”.
De verdediging wijst er voorts op dat niet met zekerheid is vast te stellen dat het op de plaats van de ontploffing aangetroffen etiket afkomstig is van de betreffende mortierbom, nu dit etiket pas dagen na het incident is veiliggesteld. Indien er van wordt uitgegaan dat het betreffende etiket afkomstig is van de mortierbom dan is het nog maar de vraag of verdachte kon begrijpen wat er op dat etiket te lezen stond. De tekst op het etiket was in het Engels gesteld en verdachte heeft verklaard dat hij geen Engels kan lezen of schrijven.
Verdachte is in goed vertrouwen uitgegaan van hetgeen de verkoper hem verteld heeft en heeft vertrouwd op zijn eigen ervaringen met het afsteken van vuurwerk.
De verdediging heeft voorts aangevoerd dat ook de subsidiair ten laste gelegde openlijke geweldpleging niet wettig en overtuigend bewezen kan worden, nu er niet gesproken kan worden van opzettelijk handelen door verdachte. Verdachte kan lichtzinnig, onhandig en risicovol gedrag verweten worden, maar dit levert geen opzet op.
Verdachte dient dan ook van zowel het primair als het subsidiair ten laste gelegde te worden vrijgesproken.

4.3 Het oordeel van de rechtbank
Op 1 januari 2010 tussen 02.00 en 02.14 uur ontplofte er een vuurwerkbom in IJsselstein Tengevolge van deze ontploffing werden van minimaal acht panden ruiten vernield en werd een gat in het wegdek geslagen. Van deze vernielingen zijn aangiften gedaan. Het betrof een zeer heftige explosie waarvan de kracht nog op een afstand van 100 tot 150 meter voelbaar was.
Opnamen van de beveiligingscamera van café [café] in IJsselstein laten de ontploffing van de vuurwerkbom zien. Verdachte [verdachte] en medeverdachte [medeverdachte] zijn op die beelden voor 100% herkend door de verbalisant.
Op die beelden is te zien dat om 02.04 uur verdachte en een aantal anderen op de betreffende kruising heen en weer liepen en dat er kennelijk vuurwerk werd afgestoken. Op de beelden is na de tijdscorrectie van een uur voorts te zien dat om 02.05.11 uur drie personen de plaats van de ontploffing passeren. Om 02.05.27 uur is te zien dat verdachte naar de medeverdachte [medeverdachte] loopt. Zij staat op ongeveer drie meter van de ingang van café [café]. Verdachte pakt iets uit de zak die [medeverdachte] met zich draagt en voor hem openhoudt. Verdachte [verdachte] legt vervolgens een voorwerp op de kruising, steekt het aan en rent weg. Ook de groep met daarin [medeverdachte] rent hard weg. Direct nadat verdachte is weggerend is op de beelden te zien dat er een grote lichtflits ontstond en daarna een nog grotere lichtflits. Nadat de camera een tijdje instabiel is geweest en zich weer had hersteld is op de beelden te zien dat er allemaal glasscherven door de lucht vlogen.
Op 1 januari 2010 werd ter hoogte van de kledingzaak Streetwear een restant vuurwerk aangetroffen, dat aan de politie is overhandigd. Op dat restant stond Engelse tekst, onder meer “Warning dangerous explosive”, “for professional use only: Bury mortar”. Het restant vuurwerk is op 1 januari 2010 omstreeks 2.15 uur, kort na de explosie, ook gezien door de verbalisant. Het restant is onderzocht door de technische recherche, die daarvan tevens foto’s maakte. Gezien de constructie en het opschrift lijkt het te gaan om een zogenaamde mortierbom. Op basis van nader onderzoek aan de genomen foto’s concludeert de Politie milieudienst dat het waarschijnlijk gaat om de onderzijde van een zogenaamde mortierbom, diameter vermoedelijk 4 inch. Het NFI heeft in zijn rapport onder meer het volgende aangegeven “Mortieren en mortierbommen met een kaliber van 2,5 inch en meer zijn bij uitstek professioneel vuurwerk. Voor het verantwoord gebruik ervan is kennis en ervaring nodig” en “Bij het aansteken van de snellont met een lucifer of sigaret volgt de ontsteking van de aandrijflading vrijwel onmiddellijk. Mortierbommen van 2,5 inch en groter kunnen ernstige botbreuken veroorzaken. Als een persoon aan het hoofd geraakt wordt kan dodelijk letsel optreden.” en “Bij een explosie in de buurt van objecten zoals huizen of auto’s ontstaat groot gevaar voor aanzienlijke schade.”
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij de vuurwerkbom heeft afgestoken. Bij de politie heeft verdachte verklaard dat de vuurwerkbom ongeveer twee à drie kilo woog en dat de afmeting ongeveer twintig bij dertig centimeter was. Het was gewoon een grote pot. Ook heeft verdachte bij de politie verklaard dat de groep waartoe hij behoorde op een afstand van tien tot vijftien meter stond toen hij de bom afstak. Hij wist dat het illegaal vuurwerk was. Verdachte heeft de vuurwerkbom op de kruising in IJsselstein afgestoken. De medeverdachte [medeverdachte] heeft bij de politie verklaard dat zij de vuurwerkbom in een tasje heeft gedragen en het tasje voor verdachte heeft opengehouden zodat verdachte de vuurwerkbom uit het tasje kon pakken en kon afsteken.

De rechtbank is, gelet op het voorgaande, van oordeel dat sprake is van opzet op het teweegbrengen van een explosie.
Het is een feit van algemene bekendheid dat het afsteken van vuurwerk gericht is op het teweegbrengen van een ontploffing. Dit is ook zo als het om siervuurwerk gaat. Door de ontploffing wordt het (sier)vuurwerk gelanceerd en worden de knal- en lichteffecten zichtbaar. Verdachte heeft bekend dat hij het vuurwerk heeft aangestoken en hij heeft dat niet per ongeluk maar bewust gedaan. Daarmee is naar het oordeel van de rechtbank het (bloot) opzet van verdachte op het teweegbrengen van een explosie gegeven.
Dat verdachte de gevolgen van de explosie, te weten de enorme schade die is aangericht, niet heeft gewild, staat een bewezenverklaring voor het opzettelijk teweeg brengen van een explosie niet in de weg. Het opzet hoeft immers niet gericht te zijn op de gevolgen, doch enkel op het teweegbrengen van die explosie.

De rechtbank is voorts van oordeel dat tussen de ontploffing van het vuurwerk en de schade een direct causaal verband bestaat. Immers, had de ontploffing niet plaatsgevonden, dan zouden de gevolgen daarvan, in casu de schade aan ruiten van omliggende panden en daarin aanwezige goederen, niet zijn ontstaan. Het is bovendien een feit van algemene bekendheid dat het ontsteken van vuurwerk gevaar met zich brengt voor omstanders en goederen in de nabijheid. Dat is temeer het geval wanneer het, zoals in dit geval, illegaal vuurwerk betreft. Het mogelijkerwijs niet kunnen lezen van een in het Engels gestelde waarschuwing met die strekking, doet daaraan naar het oordeel van de rechtbank geenszins af, temeer omdat verdachte meer dan bekend was met het afsteken van (illegaal) vuurwerk.
Er bestaat geen enkele reden de gevolgen van de ontploffing niet aan verdachte toe te rekenen. Hij wist immers dat het illegaal vuurwerk betrof, dat daar zoals hij dat zelf benoemt, gevaarlijk spul tussen zit en dat sprake was van een verhoogd risico. Hij wist voorts dat het betreffende vuurwerk een bovenmatig gewicht (ongeveer drie kilo) en aanzienlijke omvang had (20 tot 30 cm). Vuurwerk van een dergelijke omvang is bij uitstek professioneel vuurwerk, dat ernstige letsel kan veroorzaken en/of dodelijk kan zijn.
Desondanks heeft verdachte er voor gekozen het vuurwerk af te steken in de binnenstad van IJsselstein, op een plaats waarvan hij wist dat dan een hoop mensen het zouden zien en waar, zoals uit de camerabeelden blijkt, enkele ogenblikken daarvoor nog voorbijgangers passeerden. Daarnaast stonden zowel verdachte als andere personen uit de groep waarin hij zich bevond, in de buurt van het vuurwerk toen dat ontplofte.

http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BR6033
 
Bovenaan