Op 22 december 2010 wilde Rudy M. zijn buurman even laten schrikken. Hij gooide knalvuurwerk op het dak, maar dat rolde in de dakgoot en kwam daar tot ontploffing. Getuigen spraken van een enorme klap en dachten aan een gasontploffing. Dakpannen vlogen in de rondte en kwamen ook in de Nieuwstraat terecht tussen het winkelend publiek. Een van de bezoekers werd geschampt door een scherf die haar jas beschadigde.
Het OM vervolgt M. voor het in het bezit hebben van verboden vuurwerk (hij had in totaal 18 cobra’s in zijn bezit) en het veroorzaken van levensgevaar door het gooien van het vuurwerk. ‘Je hoeft geen medicus te zijn om te weten dat iemand die geraakt wordt door rondvliegende dakpannen komt te overlijden’, stelt de Officier van Justitie. Hij eist dan ook een flinke straf: 9 maanden waarvan 3 voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
De advocaat van M. verzoekt de rechtbank het advies van de reclassering te volgen en zijn cliënt een werkstraf op te leggen. De man geeft toe het vuurwerk gegooid te hebben en beseft ook dat het anders had kunnen aflopen. Het was de bedoeling dat de cobra op het grinddak terecht kwam en daar kon geen schade aangericht worden. ‘Ik gooide mis maar het had niet mogen gebeuren’, houdt M. de rechter voor. Toen de politie in de Nieuwstraat aankwam, heeft M. ook direct toegegeven dat hij de veroorzaker van de ontploffing was. Hij heeft een regeling getroffen met de woningbouwvereniging voor het betalen van de schade en is ook bereid om mevrouw H. een schadevergoeding te betalen, zodat zij een nieuwe jas kan aanschaffen. Alleen M. wil niet meer de cel in, zeker niet rond de jaarwisseling. Vuurwerk heeft hij nog niet gekocht en hij denkt ook niet dat hij het dit jaar aanschaft. Een onvoorwaardelijke straf houdt ook in dat M. zijn baan kwijt is en de huur niet meer kan betalen. Komt hij na zes maanden weer vrij dan kan hij nergens heen. Hij hoopt dan ook dat de rechter hem op 29 november een werkstraf oplegt.
Bron: http://01.nl/irhvd
Het OM vervolgt M. voor het in het bezit hebben van verboden vuurwerk (hij had in totaal 18 cobra’s in zijn bezit) en het veroorzaken van levensgevaar door het gooien van het vuurwerk. ‘Je hoeft geen medicus te zijn om te weten dat iemand die geraakt wordt door rondvliegende dakpannen komt te overlijden’, stelt de Officier van Justitie. Hij eist dan ook een flinke straf: 9 maanden waarvan 3 voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
De advocaat van M. verzoekt de rechtbank het advies van de reclassering te volgen en zijn cliënt een werkstraf op te leggen. De man geeft toe het vuurwerk gegooid te hebben en beseft ook dat het anders had kunnen aflopen. Het was de bedoeling dat de cobra op het grinddak terecht kwam en daar kon geen schade aangericht worden. ‘Ik gooide mis maar het had niet mogen gebeuren’, houdt M. de rechter voor. Toen de politie in de Nieuwstraat aankwam, heeft M. ook direct toegegeven dat hij de veroorzaker van de ontploffing was. Hij heeft een regeling getroffen met de woningbouwvereniging voor het betalen van de schade en is ook bereid om mevrouw H. een schadevergoeding te betalen, zodat zij een nieuwe jas kan aanschaffen. Alleen M. wil niet meer de cel in, zeker niet rond de jaarwisseling. Vuurwerk heeft hij nog niet gekocht en hij denkt ook niet dat hij het dit jaar aanschaft. Een onvoorwaardelijke straf houdt ook in dat M. zijn baan kwijt is en de huur niet meer kan betalen. Komt hij na zes maanden weer vrij dan kan hij nergens heen. Hij hoopt dan ook dat de rechter hem op 29 november een werkstraf oplegt.
Bron: http://01.nl/irhvd