Objectieven & afkortingen
Als je een objectief voor je spiegelreflex camera zoekt, kom je nogal wat afkortingen tegen waarvan de betekenis soms wat vaag is. Nemen we bijvoorbeeld een Canon EF 100-400/4.5-5.6L IS USM of een Nikkor AF-S VR Zoom-Nikkor 70-200/2.8 G IF-ED, dan zie je meteen wat ik bedoel. IS, USM, AF-S, VR, IF, ED, het is allemaal bijzonder aan het objectief, maar wat je eraan hebt is niet direct duidelijk. Hieronder zullen veel voorkomende afkortingen verklaar worden:
* AF-S: Bij Nikkor objectieven kom je dit wel eens tegen. AF-S wil zeggen dat het een autofocus (AF) objectief is met ingebouwde Silent Wave Motor (S).
* APO: Je hebt elders in deze FAQ al kunnen lezen wat Chromatische Aberratie is, mocht je dat nog niet weten, lees dat nog even door. APO staat voor apochromaat. In dit soort objectieven zitten lenzen die chromatische aberraties tegengaan.
* ASF/ASPH: Staat voor asferische lens, oftewel: niet-bolvormige lens. Hoewel lenzen doorgaans bolvormige oppervlakken hebben, zitten er ook wat niet-bolvormige oppervlakken in lenzen. Asferische lenzen worden gebruikt om vervormingen van groothoek objectieven en sferische aberraties bij objectieven met grote diafragma's tegen te gaan. Hoewel men al heel lang lenzen kan maken, was Leica in 1966 de eerste die een asferisch lenselement in hun 50/1.2 inbouwde. Canon volgde pas in 1971. Asferische lenzen zijn technisch lastig te maken, vandaar dat pas zo laat asferische lenzen op de markt kwamen.
* D: Minolta's afkorting voor een afstandsmeter in het objectief. Minolta flitsers maken hier gebruik van. Herkenbaar aan een zilverkleurige ring om het objectief. Bij teleconverters betekent het dat de afstandsinformatie doorgegeven wordt. Een teleconverter zit namelijk tussen het objectief en de camera in.
* DC: Sigma's aanduiding dat we te maken hebben met een objectief voor een "Digital Crop" camera, oftewel: een objectief speciaal voor digitale SLR's. Dit objectief werkt niet goed op een fullframe camera, omdat de hoeken daar niet belicht worden. Het objectief steekt niet zoals bij een EF-S objectief verder de camera in, dus het zou fysiek wel passen.
* DF: Dual Focus, een systeem van Sigma waarbij de focusring verschoven kan worden van de AF naar de MF stand, zo kun je snel de focus aanpassen. Het is echter wel raadzaam om de AF schakelaar eerst op MF te zetten, want anders draait de focusring mee bij het auto-focussen.
* DG: Digital Generation. Een afkorting voor Sigma objectieven die speciaal voor DSLR's bedoeld zijn. Hier wordt niet zozeer met de cropfactor rekening gehouden, maar met het feit dat een DSLR sensor uit meerdere lagen bestaat en het licht er dus loodrecht op moet vallen.
* DO: Diffractive Optics, een volgens Canon revolutionaire vinding. Heel simpel gezegd maakt het telelenzen lichter en compacter door licht sterker af te buigen, zonder (maar dat is voorlopig nog theorie) aan optische kwaliteiten in te leveren.
* DX: Nikon's aanduiding dat het om een objectief gaat die speciaal voor digitale spiegelreflexen bedoeld is, dat wil zeggen: DSLR's met een 1,5x cropfactor. De reden voor deze aparte lijn objectieven is eigenlijk dezelfde als Canon's EF-S lijn: het scheelt glas en daarmee gewicht en kosten.
* EF: Staat simpelweg voor Electronic Fitting, oftewel: bedoeld voor het EOS systeem dat Canon sinds midden jaren '80 gebruikt, zonder fysieke contacten met de body (zoals een focus-schroef).
* EF-S: EF-S is de nieuwe, speciaal voor digitale SLR's bedoelde aansluiting. De S in EF-S staat voor short back focus: het achterste lenselement steekt verder in de camerabehuizing waardoor deze objectieven niet op analoge SLR's en DSLR's ouder dan de 300D passen (de spiegel zou er tegenaan slaan). Ook de EOS 1-serie met z'n fullframe en 1,3x crop sensoren kunnen er niet mee overweg omdat de sensor niet tot op de randen belicht zou worden en de spiegel te groot is. EF-S objectieven zijn lichter omdat er minder glas in hoeft te zitten en dat maakt ze ook direct goedkoper.
* EX: De pro-serie van Sigma. Mooier afgewerkt, degelijker, meestal interne focus en zoom, snellere focusmotoren waar mogelijk... Je betaalt er uiteraard wel meer voor.
* G: Minolta's pro-serie objectieven. Deze objectieven zijn niet alleen voorzien van beter glas, maar zijn ook beter en degelijker afgewerkt. Vergelijkbaar met de L van Canon.
* G: Nikon's aanduiding dat er geen diafragmaring ingebouwd is.
* IF/RF: Internal Focus/Rear Focus, het objectief stelt intern scherp. Dat heeft als voordeel dat het voorste lenselement niet beweegt bij het focussen (bij zoomen kan dat alsnog!) en dat is dan weer prettig als je bijvoorbeeld door glas moet fotograferen.
* IS/VR/OS: In situaties waar je maar weinig licht hebt en het niet mogelijk of wenselijk is om te flitsen, kun je een statief gebruiken, maar er zijn ook objectieven die trillingen van de camera filteren. Zo kun je langere sluitertijden gebruiken zonder door trillen van de camera onscherpe foto's te krijgen. IS staat dan ook voor Image Stabilization, OS voor Optical Stabilization en VR voor Vibration Reduction. Beeld stabilisatie dus. Het systeem is nog altijd in ontwikkeling, zodat de nieuwste generatie IS/OS/VR systemen al 3 stops verbetering (8x zo lange sluitertijd) mogelijk maakt. Een aantal objectieven kan de stabilisatie in horizontale richting uitschakelen zodat je kan "pannen" zonder dat IS dwars ligt. De stabilisatie werkt met gyroscoopjes die bij half indrukken van de ontspanner opspinnen, je ziet het beeld dan wat trillen en na een seconde ongeveer kun je je foto maken.
* L: Het kwaliteitsmerk van Canon eigenlijk. Canon heeft in feite twee soorten objectieven: die voor de consument, met een concurrerende prijs en prima prestaties (hoewel dat subjectief is) en objectieven voor de professional, meestal lichtsterker, beter afgewerkt en sneller qua focussen. L staat voor Luxury. Dit soort objectieven zijn te herkennen aan de rode ring aan de voorkant van het objectief en L-telelenzen zijn meestal wit.
* USM/HSM/SWM/SSM: USM staat voor Ultra Sonic Motor (Canon), HSM voor Hyper-Sonic Motor (Sigma), SWM voor Silent Wave Motor (Nikon) en SSM voor Super Sonic-wave Motor (Minolta). Het zijn stille focusmotoren die in veel moderne objectieven worden toegepast. Canon gebruikt overigens twee soorten USM, de ring USM (vergelijkbaar met HSM, SSM en SWM) die zelfs in de AF stand handmatig scherpstellen mogelijk maakt en de micro USM versie die in goedkopere objectieven wordt toegepast. Deze laatste is trager en iets minder geruisloos en kan niet gebruikt worden voor manual focus in de AF stand.
* Bijzondere soorten glas:
* Fluoriet: Fluoriet is een materiaalsoort dat in de natuur in kleine brokjes voor komt. Te klein om te gebruiken in objectieven. Het is echter sinds eind jaren '60 mogelijk om fluorietkristallen kunstmatig te produceren en hoewel dit een erg kostbare bezigheid is, heeft het het wel mogelijk gemaakt om fluoriet te verwerken in objectieven. Fluoriet heeft als voordeel dat het een erg lage refractie- en dispersie index heeft, twee technische termen die je misschien niet zoveel zeggen, maar in de praktijk geeft fluoriet een bijna perfecte correctie van CA in combinatie met normaal glas.
* UD/ED/AD glas: UD (Canon)/ED (Nikon)/AD (Minolta) glas is de goedkopere variant van fluoriet zou je kunnen zeggen. Qua dispersie index bijna gelijk aan fluoriet, dus ook goed tegen CA. In de jaren '90 werd "super UD glas" ontwikkeld dat zoals de naam al doet vermoeden nog weer beter was. UD staat overigens voor Ultra Low Dispersion, ED voor Extra Low Dispersion en AD voor Anomalous Dispersion.
Bron:
http://gathering.tweakers.net