Dit stuk is mijns inziens intressanter...
De voorraad vuurwerk ligt normaliter opgeslagen op de vestiging in Leeuwarden en ten dele in Tilburg.
De vestiging in Leeuwarden beschikt over meer bunkers dan de vestiging in Tilburg. Door de
vennootschap wordt er meer vuurwerk opgeslagen in Leeuwarden dan in Tilburg, omdat de
vergunning voor de vestiging Leeuwarden veel meer opslag van vuurwerk toelaat. Kort voor
faillissement hebben de twee leveranciers van vuurwerk, al dan niet met medewerking van de directie
van de vennootschap, het vuurwerk dat in Leeuwarden was opgeslagen grotendeels vervoerd naar
Duitsland en deels naar Tilburg. De opgeslagen dummies zijn vanuit Leeuwarden vervoerd naar de
opslaglocatie te Joure.
De leveranciers hebben bij de curator aangegeven, dat zij op grond van hun eigendomsvoorbehoud
het vuurwerk mochten ophalen. De curator heeft deze aanspraak in onderzoek, doch heeft reeds
aangegeven voor een deel het eigendomsvoorbehoud te betwisten. Dit ziet enerzijds op de
omstandigheid, dat vuurwerk is meegenomen dat eigendom is van derden. Anderzijds is vuurwerk
meegenomen waarvan vast staat, dat het eigendomvoorbehoud is uitgewerkt, doordat de
vennootschap dit vuurwerk in het normale handelsverkeer heeft verkocht en geleverd aan haar
klanten. In januari 2014 hebben diverse klanten dit vuurwerk (terug) verkocht en geleverd aan de
vennootschap waardoor de vennootschap eigenaar is geworden. Het eigendomsvoorbehoud van de
leveranciers herleeft alsdan niet.
Daarnaast hebben de leveranciers vuurwerk meegenomen waarop beslag rust van de Officier van
Justitie, en/ of waarvan de vennootschap als bewaarder is aangewezen hangende de juridische
procedures. Het betreft vuurwerk waarvan de Inspectie monsters heeft genomen en voorlopig
hangende de strafrechtelijke procedure heeft bepaald, dat dit vuurwerk gevaarlijk is en niet mag
worden verhandeld. Dit vuurwerk mag daarom ook niet vervoerd worden. De curator heeft intensief
contact met de verschillende autoriteiten. De Inspectie gaat o.a. over het vervoer en het ‘kwijtgeraakte’
vuurwerk. De provinciale diensten in Friesland (Friese Uitvoeringsdienst Milieu en Omgeving) en in
Brabant (Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant) houden toezicht op de locaties waar vuurwerk
mag worden opgeslagen door de vennootschap. De curator heeft alle locaties dan ook meerdere
malen bezocht in verband hiermee.
In het kader van het opstellen van een verkoopmemorandum wensen de curator en de bank als
pandhouder de voorraad te taxeren teneinde een duidelijker beeld te krijgen van de voorraad
vuurwerk waarop mogelijkerwijs eigendomvoorbehoud rust en op welke voorraad vuurwerk een
pandrecht rust van de bank. De leveranciers hebben aangegeven daar geen medewerking aan te
willen verlenen. Dit heeft ertoe geleid, dat de curator de Inspectie op de hoogte heeft gesteld dat de
curator er niet langer voor in kan staan, dat het vuurwerk waarop een beslag rust nog aanwezig is te
Duitsland of in Tilburg. De Inspectie is op beide locaties – uiteindelijk – toegelaten. Daarnaast heeft de
taxateur de voorraad in Tilburg wel kunnen taxeren alsmede de voorraad dummies in Joure. Taxatie
heeft tot op heden nog niet plaatsgevonden te Duitsland.